Waarom voedingssupplementen?

Het nut van voedingssupplementenAls ik toch gezond en gevarieerd eet dan krijg ik toch alles binnen en is het gebruik van voedingssupplementen toch helemaal niet nodig? Deze vraag krijg ik nog al eens gesteld en dit wordt ons ook door veel instanties verteld. Graag vertel ik je hoe ik dit zie, hoe onderzoekers en wetenschappers hier naar kijken en het standpunt van orthomoleculaire voedingsdeskundigen.

Overheidsinstanties in de Verenigde Staten maar ook in Nederland blijven ons voorhouden dat extra vitaminen en voedingssupplementen overbodig zijn wanneer we evenwichtig en gevarieerd eten. Dit standpunt wordt ondersteund door de wetgeving van Europese autoriteiten waardoor de toegestane bovengrens van supplementen binnenkort wel eens tot een heel lage waarde teruggebracht zou kunnen worden. Alle onderzoeken wijzen echter in een andere richting.

Waarom zou je voedingssupplementen gebruiken?

Een van de belangrijkste redenen om voedingssupplementen te gebruiken is omdat onze voeding niet meer dezelfde vitaminen en mineralen bevat als vroeger. Dus zelfs als je een gezond voedingspatroon hebt kun je tekorten oplopen. Ons voedsel is bij lange na niet meer zo rijk aan vitaminen en mineralen als honderd jaar geleden. Een vergelijking van de voedingswaarde in 1963 en nu laat zien dat het calcium- en vitamine A-gehalte van broccoli en appelen bijvoorbeeld gehalveerd is, de hoeveelheid vitamine C in paprika met 30 procent is gedaald, dat waterkers 88 procent minder ijzer bevat en bloemkool 50 procent minder vitamine C.

Wat is er met ons voedsel gebeurd?

De chemici R.A. McCance en E.M. Widowson werden in 1940 door het Medical Research Council gevraagd om een publicatie te maken met de titel ‘Chemical Composition of Food’. Later werden deze auteurs ook door het Ministry of Agriculture and Fisheries en de Royal Society of Chemistry gevraagd om deze exercitie te herhalen. In 1991 kregen zij de opdracht om hun nieuwe resultaten te vergelijken met die uit 1940. Deze resultaten leveren een somber beeld op van de sterk afnemende voedingswaarde van groente, fruit en zelfs vlees gedurende de afgelopen vijftig jaar. Uiteraard zijn de analytische methoden in die tijd veranderd. De analyses van toen namen meer tijd in beslag, maar ze waren volgens de auteurs niet minder nauwkeurig dan de moderne, geautomatiseerde analysemethoden.

De onderzoekers analyseerden 28 rauwe groenten en 44 gekookte groenten, 17 soorten fruit en tien soorten vlees, gevogelte en wild. In de volgende tabel zie je een aantal voorbeelden van de meest extreme reducties in mineraalgehalte (gemeten als mg per 100 gram).















































Voedingsmiddel Verlies
Wortelen75% minder magnesium, 48% minder calcium
Broccoli (gekookt)46% minder ijzer en 75% minder koper
Bosui74% minder calcium
Spinazie (gekookt)60% minder ijzer en 96% minder koper
Koolraap71% minder ijzer
Waterkers93% minder koper
Aardappels30% minder magnesium, 35% minder calcium, 45% minder ijzer en 47% minder koper
Alle soorten vlees41% minder calcium en 54% minder ijzer
Alle soorten fruit27% minder zink
Appels en sinaasappels67% minder ijzer

 

Zoals je kunt zien had je in 1991 tien tomaten moeten eten om dezelfde hoeveelheid koper binnen te krijgen als uit één tomaat in 1940, of drie sinaasappels om dezelfde hoeveelheid ijzer binnen te krijgen als vijftig jaar daarvoor. Dit is anno 2012 vast niet beter geworden!

Slechts 2% eet volgens de Schijf van 5!

Zelfs de overheid erkent nu de tekorten in ons voedingspatroon in de nota ‘Gezonde Voeding van begin tot eind’ (2008), waarin ze gezonde gewoontes actief wil gaan stimuleren. Het eetpatroon van de meeste Nederlanders voldoet niet aan de normen volgens de Voedingswijzer. Wie eet er nu werkelijk gezond en volgens de 'schijf van 5'? Dit blijkt slechts 2% van de Nederlandse bevolking te zijn. Maar ook als we die norm wél zouden halen, krijgen we nog steeds niet de benodigde hoeveelheid microvoedingsstoffen binnen.

Uit een overzichtsonderzoek dat tussen 1983 en 1993 hiernaar werd gedaan, bleek dat in zeven Europese landen een gemiddelde hoeveelheid selenium van 79 mcg/L in het bloed werd gevonden, terwijl 100 mcg/L als optimaal werd beschouwd. In 1994 bleek in een Engels onderzoek dat de seleniumwaarde echter slechts 34 mcg/L bedroeg bij een normaal dagelijks voedingspatroon. Dat is erg laag, zelfs vergeleken met de in Engeland geldende ADH van 75 mcg per dag.

Ook kleine tekorten leiden tot gezondheidsproblemen

Vrijwel de gehele Nederlandse bevolking kampt met kleine of grotere tekorten in de voeding aan essentiële vitamines, mineralen en spoorelementen. Deze tekorten zullen onvermijdelijk leiden tot (ernstige) gezondheidsproblemen.

De Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheden (ADH's)

De ‘Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid’ (recommended daily allowance – RDA) werd ooit opgesteld om ziekten zoals rachitis (Engelse ziekte) en scheurbuik – veroorzaakt door vitaminegebrek – te voorkomen. Absolute tekorten, als scheurbuik, zullen we niet snel mee oplopen, maar relatieve tekorten komen des te meer voor! In Nederland gebruiken we het begrip ‘Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid’ (ADH), opgesteld door de Nederlandse Gezondheidsraad.

Gezondheidsautoriteiten en artsen omarmen nog steeds de visie dat we die ADH wel binnenkrijgen wanneer we gezond eten. Hij is gebaseerd op de aanname dat voedsel inderdaad bevat wat het belooft: sinaasappelen zijn rijk aan vitamine C, tarwe bevat veel selenium, waterkers is een goede bron van ijzer. Maar klopt dat nog wel?

De Europese ADH voor vitamine D is 5 mcg per dag. Eén dag in de zon levert echter al 10.000 mcg op. Dr. Robert Verkerk, directeur van de UK Natural Health Alliance, is van mening dat onze gezondheid gebaat zou zijn bij een extra dosis vitamine D in de orde van grootte van 100-1.000 maal de ADH.

Voor een optimale gezondheid hebben wij veel meer dan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheden nodig. Door 13.000 personen vijftien jaar lang te volgen konden onderzoekers de SONA berekenen, de geadviseerde optimale nutriënteninname (suggested optimal nutritional allowance).

Meerdere wetenschappers pleiten al langere tijd voor verhoging van vele ADH's die momenteel geen rekening houden met de volgende, onmiskenbare invloeden op het gehalte aan nutriënten in voedingsmiddelen en in humaan weefsel.

Verarming van landbouw

Het gebrek aan vitaminen is een gevolg van het feit dat de planten groeien op met kunstmest bewerkte aarde met weinig voedingsstoffen. Maar ook het gebruik van bestrijdingsmiddelen beïnvloedt de voedingswaarde van voedsel, zowel direct als indirect. De toepassing van herbiciden, pesticiden en fungiciden tijdens de groei en de opslag stelt boeren, winkeliers en uiteindelijk ook de consument in staat om door te gaan met praktijken, die het verlies van voedingswaarde bespoedigen (zoals langdurige opslag van plantaardige producten). Bovendien veranderen veel herbicidensoorten de stofwisseling van de plant en daarmee ook de samenstelling van de voedingsstoffen.

We weten allemaal dat gifvrije producten het allerbeste zijn voor onze gezondheid. De gifvrije biologische teelt maakt echter slechts 3 procent uit van onze totale voedingsketen. De resterende 97 procent worden gekweekt met behulp van kunstmest. En hier zit al de clou waarom het verschrikkelijk verkeerd gaat met de volksgezondheid.

Vergeet ook niet de massale veeteelt met steeds meer medicijnen die nodig zijn om het vee gezond te houden en snel te laten groeien door middel van antibiotica, groeiversnellers, etc. Als je dit vlees eet krijg je deze troep zelf ook binnen!

Vervuiling van voeding

Een van de oorzaken dat er minder mineralen in onze voeding zitten, is massaproductie. Daarbij is de hoeveelheid belangrijker dan de kwaliteit. Zo wordt de meeste sla die in de supermarkt te koop is, op hydrocultuur gekweekt (in water) en komt deze groente niet eens meer met de grond – waaraan trouwens allang alle mineralen zijn onttrokken – in aanraking.

Voorverpakte en kant-en-klaar producten worden vaak verhit boven 48,3 graden waardoor alle enzymen zijn vernietigd. Ze worden ontdaan van zoveel mogelijk vitamine, mineralen en andere leven schenkende stoffen om ze langer houdbaar te maken. Om je toch nog de illusie te geven dat het hier om voeding gaat worden kleur, smaak en zoetstoffen in royale mate toegevoegd. Stoffen waarvan sommigen onschuldig zijn maar weer anderen een regelrechte bedreiging vormen voor de korte en lange termijn gezondheid. En dat te bedenken dat 80% van de supermarkt hier vol mee staat!

Vervuiling van omgeving

De vervuiling in voeding en milieu: lichaamsvreemde toevoegingen aan voedsel, kunstvoedingsproducten van de industrie (waarin schadelijke stoffen zoals transvetten en samengesteld met verkeerde voedingsbalansen), straling, uitlaatgassen van het gemotoriseerde verkeer en gifuitstoot van de industrie.

De bereiding van ons voedsel

Moderne methoden van voedselbereiding, zoals verhitten in de magnetron, op hoge temperatuur bakken en frituren verminderen de voedingswaarde nog meer. Ook lang koken, groenten lang laten weken in water, (vlees) roken of boven houtskool verhitten hebben verlies aan de voedingswaarde tot gevolg.

Niet alle voedingsstoffen neemt je lichaam op

Wat wij eten, wordt niet allemaal in het bloed opgenomen. De Britse voedingsdeskundige dr. Alan Stewart kwam tot de ontdekking dat slechts 20 tot 50 procent van de voedingstoffen uit ons eten daadwerkelijk in ons bloed wordt opgenomen.

Het lichaam ontgiften

Het menselijk lichaam beschikt over vele routes om binnengeslopen vervuiling uit voeding en milieu te elimineren, maar behoeft daarvoor met name anti-oxidanten die zich voor een belangrijk deel in voeding bevinden.

Aangezien in het voorgaande is aangetoond dat aan deze stoffen in onze voeding juist een tekort bestaat, zal de ontgiftingscapaciteit van ons lichaam niet voldoende actief kunnen worden. De gevolgen hiervan zijn uiteraard zeer schadelijk voor de gezondheid.

Ter neutralisering van dit negatieve effect moet een compensatie worden gegeven voor de grotere behoefte aan micro-nutriënten, vooral anti-oxidanten. Het moge duidelijk zijn dat deze compensatie alleen mogelijk is in de vorm van suppletie met de ontbrekende anti-oxidanten.

Aangezien ons voedsel veelal niet voldoende voedingswaarde heeft is het gebruik van vitamine - en mineralensupplementen de enige oplossing. Er zijn echter wel een aantal aandachtspunten.

1. Gebruik hoogwaardige voedingssupplementen.
2. Laat jezelf testen of er voldoende stoffen opgenomen worden.
3. De mate van opname is afhankelijk van:
  • Leeftijd
  • Algemene gezondheid
  • Erfelijke factoren
  • Spijsverteringskanaal
  • Stress
  • Lichamelijke activiteiten
  • Verhoogde sportpresentaties
  • Milieu
  • Lifestyle
  • Roken
  • Alcohol gebruik
  • Dieet

Adviseer een natuurarts, orthomoleculair arts, therapeut of diëtist voor passende suppletie.



Bronnen:
Medisch Dossier en Lynne Mc Taggart  - What Doctors Don’t Tell You
"Tekorten in de Nederlandse Voeding" door Ruud A. Nieuwenhuis, voormalig directeur Stichting Orthomoleculaire Educatie



Een selectie hoogwaardige voedingssupplementen vind je hier >>>
Reactie plaatsen